wat doen de verschillende stofjes?


Dan zullen we nu eens gaan kijken naar kennis over de plant.

De cannabisplant bevat vele stofjes. Het is de soort (strain) cannabis die bepaalt welke stofjes en de verhoudingen hiervan. Zo heb je planten met een hoog THC gehalte en planten met een laag THC gehalte. THC is 1 van de stofjes. Tegenwoordig zijn er wetenschappelijk al meer dan 60 van dit soort stofjes beschreven van de cannabis plant.Van een aantal van deze stofjes krijgen we ook al een beeld wat het doet met ons lichaam. Het is dus zaak dat we weten wat we willen van de plant voordat we kunnen zeggen welke soort het moet zijn. Sommige mensen zijn niet of minder goed gebaat bij hoge THC, anderen juist weer wel. Dus de soort die aan de basis van de olie ligt kan variëren. Dit is geheel afhankelijk van het gewenste resultaat.

Op de volgende pagina’s staan een aantal van die stofjes vermeld met de uitleg erbij. Je hebt zo een 1e indruk gekregen van wat het voor je kan betekenen als je een bepaalde cannabis olie gaat gebruiken.


De hoofdbestanddelen en de werking:
THC – staat voor delta – 9 – tetrahydrocannibinol.
Het is waarschijnlijk de meest bekende cannabinoïde aanwezig is in cannabis. Op je fysiek werkt ’t als een spierverslapper en ontstekingsremmend. Psychologisch fungeert het als een stimulans . Dit maakt cannabis strains hoog in THC een goede keuze voor patiënten die hulp nodig hebben, terwijl ook alert en actief blijven.
werking: anti-epileptisch, ontstekingsremmend, anti-depressief. stimuleert eetlust, verlaagt bloeddruk.
CBD – staat voor cannabidiol.
Cannabidiol vermindert daadwerkelijk de psychologische effecten van cannabis. Voor de meeste patiënten geeft een strain die hoge THC en hoge cannabidiol heeft minder “geestelijke ” effecten en meer fysieke. Hoge cannabidiol cannabis strains zijn vooral effectief voor ziekten met een sterke fysieke symptomen. De werking verlicht pijn, vermindert angsten, vermindert misselijkheid, heeft een verdovend effect, anti-schizofreen en gaat krampen tegen.
CBN – staat voor cannabinol.
Cannabinol is vergelijkbaar met THC, maar minder psychologische effecten . Het wordt geproduceerd als THC afbreekt in de cannabis. Hoge THC zal de gevolgen van cannabinol sterker te maken, en zeer hoge cannabinol concentraties kan ongewenst sterke highs produceren.
Werking: verlaagt oogboldruk, voorkomt beroerten, pijnstillend.
CBC – staat voor cannabichromene.
Hoofdzaak van cannabichromene is om de effecten van THC versterken. Hoge cannabichromene niveaus zal een cannabisstrain met hoge THC veel krachtiger maken.
werking .kalmerend, pijnstillend, onstekingsremmend.
THCA – staat voor Tetrahydrocannabinolic acid.
Het  is de belangrijkste verbinding in verse, niet gedroogde cannabis. Het is een zuur wat zich door tijd of verwarming omzet tot THC. THC-A heeft geen psychoactieve effecten op zichzelf, het heeft ontstekingsremmende en neurobeschermende effecten.
THCV – staat voor Tetrahydrocannabivarin.
Het wordt algemeen aangenomen dat THCV een eetlustremmer is. Bovendien suggereert recent onderzoek dat deze verbinding nuttig kan zijn bij het behandelen van metabolische aandoeningen, waaronder diabetes.
CBDA – staat voor Cannabidiolic Acid.
En is een zuur met een niet – psychoactieve werking maar met ontstekingsremmende eigenschappen . De CBDA cannabinoiden blijken ook voordelen te geven bij de behandeling van misselijkheid en braken.
CBDV – staat voor Cannabidivarin.
Het was een relatief genegeerde cannabinoïde tot voor kort. Na onderzoek menen veel onderzoekers dat CBDV een optie biedt voor de behandeling van epilepsie.
CBG – staat voor cannabigerol.
Cannabigerol heeft geen psychologische effecten op zichzelf en is meestal in hoge hoeveelheden in de cannabis. Het heeft ook antimicrobiële eigenschappen .
Werking: het verlagen van de druk in het oog, ontstekingsremmend, kalmerend, helpt bij slaapproblemen.